Cadeautjes (deel 1)

21 november 2019

Cadeautjes (deel 1)

Door Natuurspotter Jan van Ginkel

Hoewel het jaar nog niet voorbij is, heb ik al de neiging terug te blikken op mijn natuurbelevenissen in 2019. Het zullen de lange avonden zijn die mij wat contemplatief maken. Terugbladerend in mijn aantekenboekje en neuzend in de fotoverzameling vind ik genoeg inspiratie voor een dik boek. Ik ben met maar liefst twee boeken bezig en hoop er in 2020 in elk geval één te publiceren met foto’s en verhalen over mijn Drentse natuuravonturen van de afgelopen decennia. Daarnaast werk ik met Siemen Dijkstra (bekend van zijn schitterende houtgravures) aan een boek waarin het nu eens niet om de VVV-benadering van Drenthe gaat maar om het integrale landschap, dus ook om zijn lelijke punten. Helaas is Drenthe meer dan zijn high lights.

Veel van de leegte en lelijkheid wordt niet als zodanig ervaren, want we zijn er aan gewend geraakt. Natuurschade komt eveneens voort uit onwetendheid en gebrek aan goede wil. Neem verwilderende huiskatten. Weten hun eigenaars wat deze poezen uitrichten onder vogels en jonge dieren als haasjes?

De kneuterigheid van de kat. (Vooral niet met kattenliefhebbers bespreken dat de wolf opruiming kan houden onder verwilderde huisdieren).

 

Positief blijven

In deze blog moet ik mij beperken wat betreft omvang, maar ik heb alvast een mogelijkheid geschapen om in december meer presentjes uit te delen onder de titel Cadeautjes (deel 2). Dat neemt niet weg dat ik op dit moment voor lastige keuzes sta: welke cadeaus bied ik wel of niet aan. En zal ik het nu eens gezellig en positief houden of verwerk ik opnieuw kritiek op het maatschappelijk gebeuren? Daarvoor is aanleiding genoeg. Ik kan ingaan op overheden, boeren, bouwers, energieleveranciers etc. onder de kopjes stikstof, klimaatverandering, pfas, biomassa enz. Laat ik het maar samenvatten: Natuurbederf leidt vroeg of laat tot nare gevolgen voor onze gezondheid en de kwaliteit van de leefomgeving. Deze toch onderhand wijd open staande deur wordt door een groot deel van de landgenoten gemeden. Bij deze figuren hoef ik al helemaal niet aan te komen met de waarde die de natuur in zichzelf heeft en het respect wat een fatsoenlijk mens daarvoor op dient te brengen.

In deze donkere dagen na Sint Maarten willen we het vooral gezellig en huiselijk houden, ruim in onze beurs tasten, ons ongans eten en niet kijken op een paar honderd lampjes meer of minder. Het adagio luidt in deze dagen: Gaat heen en geniet! Welnu, er valt buiten ontzettend veel te genieten.

Gratis licht en schone lucht in de boswachterij Hart van Drenthe (Even niet denken aan de druk op SBB om meer te gaan verdienen met houtproductie).

 

Draadknotszwam

In dit najaar waren sommigen bermen en bossen rijk aan paddenstoelen. Lees daarover mijn vorige blog. De draadknotszwam kwam massaal voor. Vlak voor dat de bomen met grote snelheid hun blad gingen verliezen, bedekten deze breinaald-dunne zwammen de grond als haren op een hond. Ik vermoed dat 99,9% van de fietsers en wandelaars blindelings aan deze onopvallende wezens – tot 10 cm hoog, tot 2 mm dik- zijn voorbijgegaan. Jammer, want ook deze soort vertelt zijn eigen specifieke verhaal over de talloze relaties in het ecosysteem. De algemeen voorkomende zwam leeft op rottend strooisel van het in voorgaande jaren gevallen blad van berk, beuk, eik en els. Je vindt hem vooral op leemhoudende, vochtig tot droge zandbodems.

 

Boom van het jaar

Of het een groot cadeau is, weet ik niet. Toch werd ik blij verrast toen het mij lukte om de grote jeneverbes in de Zeegse Duinen voor Drenthe te nomineren voor de wedstrijd Boom van het jaar. Hoeveel Drentse inzendingen er binnen zijn gekomen, is mij niet bekend. Misschien was mijn jeneverbes wel de enige. Dan nog bleef ik een hele tijd blij, want “Drenthe” heeft lange tijd op de 5e plaats gestaan. Daar het een publieksverkiezing betrof, keek ik er niet vreemd van op dat de provincies met een hoge bevolkingsdichtheid al snel de kopposities in namen. Maar toen sloot de verkiezing en stond de juniperus ineens op de 8e plaats! Wil degene die 259 maal op de jeneverbes heeft gestemd zich bij mij melden? Je bent door de mand gevallen, maar ik bedank je voor je cadeautje. Ik ben toch wel een illusie armer… In de wedstrijd Boom van het jaar ging het de initiatiefnemers (SBNL en Trouw) vooral om (volks)verhalen over de genomineerde bomen. Ik heb daarvoor een van mijn Waggel Jan-verzinsels ingediend. De merkwaardige historie wordt opgenomen in het hierboven genoemde boek over mijn natuurbelevenissen.

O ja, sedert enige tijd loopt er onderzoek van de RUG naar de bodem waarin de jeneverbes zich het beste kan voortplanten. De gevoeligheid van de jeneverstruik en de bijbehorende schimmels voor verzuurde grond lijkt weer te worden onderbouwd.

Jeneverbes in de Zeegse Duinen, schuilplaats van Waggel Jan.

 

 Heel Midden-Drenthe zoemt

In de gemeente Midden-Drenthe – van Smilde tot en met Orvelte, van Drijber tot Hooghalen- troffen wij dit jaar op onze tochten bloemrijke bermen aan. Een cadeau van de gemeente in het kader van haar bermbeheer-nieuwe-stijl. Behalve het scheuren en inzaaien van wat men kansrijke bermen noemt, wordt van veel bermen het maaisel afgevoerd. Bravo! Wij zagen op de bloemen in de bermen vlinders en zweefvliegen. Onderhand ben je blij met elk insect dat je tegenkomt, zelfs met de steekmug op de slaapkamer. Ik sla die laatste nog steeds dood, maar wel wat bewuster. Ik ben benieuwd hoe de ingezaaide bermen zich ontwikkelen. Kunnen de een- en tweejarige akkerkruiden zich handhaven of zullen bolderik en korenbloem het afleggen tegen de zodenvormers? Ook spannend is de vraag of het maaien annex afvoeren tot grotere biodiversiteit zal leiden. Hoe zal het gaan met een kritische soort als het grasklokje? Maar veel blijven fietsen, dan komen er antwoorden.

Bloeiende berm met akkerkruiden als gele ganzenbloem, bolderik, kamille.(Wel jammer dat je deze soorten eveneens aantreft in bermen langs heidevelden en in beekdalen. Maar toch bedankt voor dit cadeau.)

 

Nee bedankt, liever geen cadeau uit dit bloembollenveld (Nijend Anderen).

 

De pakjesboot

Vaak ervaar ik onze omgeving als de pakjesboot van Sint Nicolaas. Ik ben een rijk mens door te beschikken over zo ontzettend veel cadeautjes. De natuur werpt die in mijn schoot, soms gestimuleerd door de zorgvuldige aanpak waarmee natuurbeheerders bezig zijn de biodiversiteit (veelsoortigheid) in hun gebieden te versterken. In onder meer het landschapsreservaat Orvelte en het NP Drentsche Aa gaat dat hand in hand met het behoud van het klassieke en zeldzaam geworden Drentse esdorpenlandschap. Onderhand gaan door hun toegenomen leeftijd de bossen op de Hondsrug, het Ellertsveld en in Westerveld over van houtakkers naar meer natuurlijk bos. De boomklever profiteert van de veroudering van het bos. Door zuinig om te gaan met dood hout (ook op stam) is de rijkdom aan houtzwammen eveneens toegenomen. Tijd en ruimte uitdelen aan de natuur is waarschijnlijk het grootste geschenk dat wij de aarde kunnen geven. Dus: blijf af van Natura 2000!

De boomklever inspecteerde de oude nestholte van een kleine bonte specht.

 

Waterrijk

Enkele jaren geleden hebben de waterschappen het Oranjekanaal voorzien van een meer natuurlijke oeverbegroeiing met o.a. gele lis, kattenstaart en moerasandoorn. Op de kattenstaart zitten in de nazomer tientallen witjes in verschillende soorten. De begroeiing biedt dankbare uitkijkposten aan libellen. De bosbeekjuffer komt hier voor hoewel die veel meer vliegt bij het enkele honderden meters verderop gelegen stroompje. De kwaliteit van het kanaalwater en van het stroompje is sterk verbeterd. Ik zie er in elk geval steeds meer soorten libellen.

Grote keizerslibel vliegt tussen het pijlkruid in het stroompje.

 

Tot zo ver mijn cadeautjes aan u, trouwe lezers. Ik hoop in december nog meer uit te pakken, wellicht doet zich de komende weken nog wat voor. Och, dat weet ik wel zeker.

Jan van Ginkel